Kleine lammetjes vluchtten weg toen Milla neerstreek in een van de weiden. Een klein lam, bevend van de schrik, was niet vlug genoeg. Milla haalde naar het beest uit en nog geen seconde later lag het bloedend en weerloos op de grond. De herder was vlug naar binnen gelopen en had alles op slot gedaan. Nu zat hij te kijken door het raam, Milla had hem net zo goed kunnen te grazen nemen, maar wat was nu beter dan een lekker jong lammetje? Had Milla maar veel eerder naar het Human District gekomen, ze rammelde van de honger. Ze liet het karkas van het lammetje voor wat hij was en doodde nog een ietwat ouder, dikker schaap voor onderweg. In de verte zag Milla nog wat varkens staan, zou ze het nog wagen ook een varken mee te nemen? De soldaten konden nu elk moment komen en haar doden, maar haar honger was gewoonweg ondraagelijk. vlug streek ze neer in het modderige veld, waar ze de kop van een groot zwijn erafbeet. Met het schaap en het zwijn vast in haar klauwen steeg ze op om zich te verschuilen. Ze vond een verlaten boerderijtje, ze paste peerfect in een stal en door al het hooi was het de perfecte slaapplaats. Bovendien zou iedereen verwachtten dat ze er al lang vandoor was gegaan. Ze liep helemaal tot achter in de stal en smeet het schaap en het zwijn in een hoekje. Ze begroef zichzelf zowat in het hooi, dat lekker warm was. Bijna onmiddelijk sliep ze, nog net wierp ze een blik op de verlaten weide voor zich.