Een rust en stilte heerste over DW, er was niets te horen, alleen een
klein briesje vulde je oren en liet je afkoelen. Deze rust stond op het
punt om verbroken te worden, een oude, of waarschijnlijk de oudste
inwoner van DW zou terugkomen. Terugkomen van een wonderbaarlijke reis,
een wonderbaarlijke strijd en een wonderbaarlijke ervaring. Wat ze had
gedaan was geheim, niemand mocht het weten. De wind rukte opeens op, de
magie van de blauwe draak was sterker geworden. De wind bleef
aanhouden, bomen vielen om, de lucht betrok en binnen een paar minuten
sneeuwde, ijzelde, hagelde en regende het door elkaar. Water, water en
ijs, dat waren de elementen van deze draak, dit was niet haar werk maar
het kwam wel door haar, ze wilde namelijk door een onzichtbare poort
naar de echte wereld komen. Ze had niet veel tijd meer, ze voelde hoe
het gevaar dreigde, en ze deed harder haar best. In een slag was het
meer bevroren, dit was echter wél haar werk, ze had een ijsstraal
gedaan tegen de poort, het water was nu bevroren, Viva nam een aanloop,
en sprong ertegenaan. Even leek alles stil te staan, ze zag twee rode
ogen, en uit een reflex deed ze een ijsstraal op de poort, ze hoorde
een doffe klap, en zag hoe de poort verdween. Langzaam lichtte een
blauw kristal dat in haar borstbeen zat op. Opeens liet het los en zonk
naar de bodem van het meer, de diepte in. Dat kristal zou ze nooit meer
zien, tenminste, dat wilde ze nooit meer zien. Viva keek naar boven,
het was nogsteeds bevroren, ze hield haar adem in, sloot haar ogen en
toen ze weer keek resten er nog enkel kleine stukjes ijs. Ze dook naar
boven, en zo herrees ze weer.